Scroll to top

De bouwer van de Huis te Warmelo


Peter Swart - 2 februari 2025 - 12 reacties

Op 1 oktober 1708 kreeg Cornelis Willemsz Blaauwevlag de opdracht om een nieuw oorlogsschip te bouwen. Zijn naam en handtekening staan onderaan het aanbestedingsdocument van de opdrachtgever, de Admiraliteit van West-Friesland en het Noorderkwartier.(1) Het nieuwe schip kreeg de naam Huis te Warmelo.
Blaauwevlag kwam uit Enkhuizen, een stad met een rijk scheepsbouwverleden. Wat weten we over deze scheepsbouwer van wie een product op de bodem van de Finse Golf ligt?

 

Scheepsbouw in Enkhuizen

In de eerste helft van de zeventiende eeuw was Enkhuizen tot een belangrijk scheepsbouwcentrum uitgegroeid. De stad telde toen zeker 18 particuliere timmerwerven. Ze waren geconcentreerd op twee locaties in de stad: aan de Wierdijk en aan de Pietershaven.(2) Op deze werven werd een variatie van schepen gebouwd voor reders en kooplieden, de admiraliteit en andere opdrachtgevers. De productieomvang van de Enkhuizer scheepswerven moet indrukwekkend zijn geweest. Daarvan getuigt nog een tekst op een grafsteen in de Westerkerk: ‘Nadat yck heb 180 schepen gemaeckt, doen ben yck ten ende gheraeckt.’ Het is de steen van meester-scheepstimmerman Seger Pietersz Potter die in 1638 overleed. Zijn scheepswerf lag aan de Wierdijk.
Cornelis Willemsz BIaauwevlag kwam in 1673 ter wereld. Hij groeide op in een tijd waarin de haringvisserij, een pijler van de plaatselijke economie, stagneerde. Dat had uiteindelijk ook gevolgen voor de scheepsbouw in Enkhuizen. Bovendien nam de concurrentie van elders toe. Op werven in Zaandam en Friesland werden schepen voor een lagere prijs gebouwd.

 

Afbeelding: Tekening van het fluitschip Langewijk dat in 1682 in Enkhuizen werd gebouwd. Bouwer Seger Potter was een kleinzoon van de eerdergenoemde Seger Pietersz Potter. (Westfries Archief)

 

Cornelis Willemsz BIaauwevlag

Cornelis Willemsz Blaauwevlag was de zoon van scheepsbouwer Willem Arisz die een werf aan de Pietershaven had. Na de dood van Willem Arisz zette Blaauwevlag de scheepswerf voort. In 1696 begon hij als zelfstandige baas te timmeren. Ondanks de stagnerende economie van Enkhuizen deed hij goede zaken. In één jaar bouwde Blaauwevlag wel 12 tot 13 haringbuizen. Het betekent dat van deze zeewaardige vissersschepen op zijn werf meerdere tegelijk op stapel stonden.(3)
In 1702 bepaalde Marijtje Cornelis, de moeder van Blaauwevlag, dat de timmerwerf buiten de deling van haar erfenis viel. Ze liet de werf toekomen aan haar enige zoon. In het testament verklaarde de weduwe dat de huishouding van het gezin dankzij de ‘kunst en arbeijt’ van Cornelis aanmerkelijk was verbeterd.
Het fregat Huis te Warmelo timmerde Blaauwevlag niet op zijn scheepswerf aan de Pietershaven. Eind 1708 verplaatste hij tijdelijk zijn werkterrein naar Medemblik. Hij had geen keus. Het was een voorwaarde in de aanbesteding dat het nieuwe oorlogsschip daar werd gebouwd.

 

Eigen werf en VOC-timmerbaas

In 1726 veranderde het karakter van de scheepswerf van Cornelis Willemsz Blaauwevlag. Een deel ervan werd bestemd voor een helling waarmee schepen voor onderhoud uit het water werden getrokken. Voor deze nieuwe activiteit was hij een kortstondige samenwerking met stadsgenoot Pieter Pijpkan aangegaan. Het overgebleven deel van de werf werd zo nu en dan voor nieuwbouw aan derden verhuurd. In 1755 was de werf van Blaauwevlag één van de drie laatste particuliere werven in Enkhuizen.
Intussen was Blaauwevlag zelf aangesteld als meester-scheepstimmerman van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC). Een mooiere positie kon een ervaren scheepsbouwer in Enkhuizen niet wensen. Hij ontving een vast jaarsalaris van 900 gulden en kreeg beschikking over een dienstwoning, inclusief ‘vuur en ligt’.
Cornelis Willemsz Blaauwevlag overleed in 1760, 86 jaar oud. Hij kreeg een laatste rustplaats in de Westerkerk, vlakbij het graf van scheepsbouwer Seger Pietersz Potter. Net als Potter had Blaauwevlag een groot aantal schepen in zijn leven gebouwd: haringbuizen, VOC-retourschepen en ook het fregat Huis te Warmelo.

 

Afbeelding: Plattegrond van de scheepswerf met helling van Cornelis Willemsz Blaauwevlag uit omstreeks 1775. Het kruis rechtsonder is een kaapstander waarmee schepen de helling werden opgetrokken. (Westfries Archief)

 

(1) Nationaal Archief, Archief Admiraliteitscolleges, inv.nr. 3256.
(2) Westfries Archief, Oud Archief Enkhuizen, inv.nr. 760, folio 30 en verder. De Pietershaven is in de jaren 1842-1844 gedempt.
(3) Over Cornelis Willemsz Blaauwevlag en zijn werf is eerder gepubliceerd: P. Swart, ‘Aen de minst aennemende besteedt. De bouw van admiraliteitsschepen door Enkhuizer aannemers 1700-1760’, in: Steevast, Enkhuizen, 2005.

12 reacties

  1. Ton Pronk

    Wat een doorzetter

  2. Dick Appel

    Als oud-Enkhuizer je stuk natuurlijk met veel interesse gelezen. En ik moet de Steevast van 2005 weer even opduikelen om jouw bijdrage daarin nog weer eens te lezen. Ik heb gewoond aan de Lange Tuinstraat en had dus de St. Pietershaven als het ware in de achtertuin.

  3. Een prachtige historie weer, Peter en een geweldig stuk speurwerk! Ik probeer bij de opening van de tentoonstelling aanwezig te zijn.

    Groet, Ben Dijkhuis

  4. M.Swart-Piet

    Hoi Peter, wat een mooi artikel, steeds weer iets interessants over het schip Huis te Warmelo , een hele zoektocht geweest 👍🏻

  5. Jaap Kroon

    Weer genoten van je mooie artikel Peter, bedankt.
    Groet Jaap

  6. I love the mini-updates on the Huis te Warmelo, every time some new information with interesting stories and background. Glad to learn more about the VOC in this one too. Keep it going Peter! Greetings from NZ – Mark.

  7. Gerri Kind

    Ik geniet elke keer : weer een interessant verhaal

  8. Hans Eelman

    zo komt het schip steeds verder boven water!

  9. N. Brinck

    Mooi werk hoor! Weer een stuk geschiedenis opgediept.

  10. Kees van Louvezijn

    Beste Peter,

    Prachtig artikel van je over Blaauwevlag en de scheepswerven.
    Gedeeltelijk al bekend van je voordracht met afbeeldingen in de Oosterkerk, gehouden voor de SNKH-vaarders.
    Het blijven interessante verhalen en gelukkig weet je de weg om de diverse bronnen te achterhalen.

    Met hartelijke groeten,

    KEES.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *