De scheepsjongens op de Huis te Warmelo stonden helemaal onderaan in rangorde. Zij waren jong en werden op het oorlogsschip voor alle mogelijke klussen ingezet. Een van hen was Cobus Jacobsz van Assouw. Hij kwam uit Alkmaar. In deze stad was Van Assouw een weinig voorkomende achternaam. Dat helpt bij een zoektocht naar de scheepsjongen in het archief.
Scheepsjongens
Aan boord van het fregat Huis te Warmelo bevonden zich 12 scheepsjongens. Hun namen staan als laatste in de betaalrol vermeld. De helft van deze jongens kwam uit Alkmaar, vier anderen waren uit Medemblik afkomstig. Gewoonlijk varieerde de leeftijd van scheepsjongens van 12 tot 16 jaar oud.
De aanmonstering van een jongen op een oorlogschip gebeurde meestal niet uit weelde. Door hun zoon aan een kapitein toe te vertrouwen hoefden ouders tijdelijk een mond minder te voeden. Daarnaast zorgde de jongen voor inkomsten en deed hij werkervaring op. De admiraliteit betaalde voor de diensten van een scheepsjongen 7 gulden per maand.
Een makkelijk leven aan boord van een oorlogsschip hadden scheepsjongens niet. Ze maakten kennis met het harde zeemansleven en de strenge discipline. De jongens sliepen en aten benedendeks bij de matrozen, voor de hoofdmast.
Cobus Jacobsz van Assouw
Een zoektocht naar scheepsjongen Cobus op de website van het Regionaal Archief Alkmaar brengt ons naar het gezin van Jacob Stoffelsz van Assouw en Pietertje Teunis. Zij trouwden op 15 februari 1699 voor de burgemeesters van de stad Alkmaar. Jacob woonde op dat moment op de Paardenmarkt, Pietertje op de Laat. Binnen een maand werd hun eerste kind gedoopt. Volgens het doopboek was zijn naam Jacob.(1) Aangezien de naam Cobus is afgeleid van Jacob, mogen we ervan uitgaan dat deze dopeling en de scheepsjongen een en dezelfde persoon zijn. Toen Cobus in 1715 aanmonsterde op de Huis te Warmelo was hij dus 16 jaar. Daarmee moet hij een van de oudere scheepsjongens zijn geweest.
Na Cobus kregen Jacob Stoffelsz van Assouw en Pietertje Teunis nog zes kinderen. De eerste kinderen werden katholiek gedoopt, de drie jongsten liet het echtpaar gereformeerd dopen in de Grote Kerk van Alkmaar. Tussen 1699 en 1702 woonde het jonge gezin op vier verschillende locaties in de stad.(2)
1715 en later
Op 18 augustus 1715 hertrouwde de vader van de scheepsjongen. Jacob Stoffelsz van Assouw trad toen als weduwnaar in het huwelijk met Marijtje Jacobs van Bentum. Dat betekent dat de moeder van Cobus tussen 1712 en 1715 moet zijn overleden. Voor de belasting op trouwen en begraven viel hun huwelijk in de categorie onvermogenden.(3) Op het moment dat zijn vader in Alkmaar voor de tweede maal trouwde, voer Cobus met het fregat Huis te Warmelo in de Finse Golf. Een week later verongelukte het oorlogsschip.
In de Alkmaarse doop-, trouw- en begraafboeken van na 1715 is de naam Cobus of Jacob van Assouw niet aangetroffen. Wel vinden we zijn drie jaar jongere zus Agatha of Aagje. Zij trouwde met Cornelis Abramsz van Zurk. In het trouwboek staat de achternaam geschreven als Van Nassouw.(4) Andere spellingsvarianten zijn Van Nassou en Van Assau. Wijst de achternaam op een Duitse oorsprong van de familie?
Het echtpaar Van Zurk-Van Assouw liet op 5 april 1733 een zoon Jacob dopen. Het kind was vermoedelijk vernoemd naar de grootvader aan moederszijde. En misschien ook wel een beetje naar oom Cobus, de Alkmaarse scheepsjongen.
Afbeelding: Cobus Jacobsz van Assouw werd in 1699 gedoopt in de statie van Sint Laurentius. Dit was de bewaarplaats van het Heilig Bloedreliek, een stukje gewaad met drie bloeddruppels. De verering hiervan begon in 1430 nadat schipbreukelingen op wonderbaarlijke wijze van een wisse dood waren gered. Deze tekening toont een deel van het altaar dat zich eind achttiende eeuw in de statie van Sint Laurentius bevond. (Regionaal Archief Alkmaar)
(1) Regionaal Archief Alkmaar (RAA), DTB Alkmaar, inv.nr. 109, 2 maart 1699.
(2) De locaties staan bij de vier katholieke doopinschrijvingen vermeld: Laat (2 maart 1699), Torenburg (6 april 1700), Bagijneweid (11 augustus 1701) en de Huigbrouwersteeg (3 augustus 1702).
(3) RAA, Oud-rechterlijke archieven Alkmaar, inv.nr. 578A, 2 augustus 1715.
(4) RAA, DTB Alkmaar, inv.nr. 30, 5 april 1727.
Th. van Hulsen
Peter. Weer een mooi verhaal. Het lijkt mij wel een heel uitzoekwerk. Succes en we horen weer van je.
Groeten thomas en Marga
Peter Swart
Dank jullie wel.
Corona Rentenaar
Indrukwekkend om te lezen. Mooi onderzoek!
Ton pronk
Zouden die 4 weesjongens uit Medemblik uit een Weeshuis in Medenblik zijn gekomen?
Het Weeshuis in de Torenstraat is van 1785
Peter Swart
Jongens uit het Arme Weeshuis werden wel eens op een oorlogsschip geplaatst. Maar voor zover bekend kwamen de vier Medemblikker scheepsjongens van de Huis te Warmelo niet uit het weeshuis. Een mooi onderwerp voor een volgend artikel op de website!
M.Swart - Piet
Hoi Peter,
Wel een harde tijd voor een jongen van 16 jaar, (Gelukkig voor Tijs in deze tijd te leven)
Zo ging dat in die tijd natuurlijk.
Mooi weer een opvarende te vinden!
Groetjes van ons,
Hans Eelman
Op de lagere school in de Koog op Texel hadden we een juf met een stempel.
Daarop stond : Ga zo voort.!
N. Brinck
De naam kan inderdaad heel goed een verbastering van de naam Nassau zijn. Men keek destijds niet zo nauw als het om naamspelling ging. Admiraal Aert van Nes komt ook voor als van Es.
Mooi werk Peter!
Sjaak Pronk
Wat een productiviteit Peter. En weer een ‘mooi’ verhaal!
K van Louvezijn
Beste Peter,
Weer een interessant verhaal met vooral ook genealogische resultaten omtrent de familie van Cobus de scheepsjongen, uit de Alkmaarse archieven.
Zo komt er steeds meer waardevolle informatie boven water., prachtig.
Hartelijke groeten,
KEES.